Negen weken lang reizen we met de Hobby door Europa.
Het is eind april 2002 als de Hobby als een blok achter de Picasso ligt, terwijl de route Soleil wordt beschenen door de zon. Bij Pont Esprit gaan we van de snelweg af en duiken het ruige en mooie Ardeche in. In de buurt van het pittoreske plaatsje Barjac verlaten we het asfalt, ontwijken een puntige overhangende rots en gaan een verhard zandpad op. Machtige cypressen laten we achter ons, terwijl de geuren van de lavendelvelden ons in vakantiesferen brengt. Bij de laatste bocht van het zandpad ga ik op de rem staan want de weg naar de camping in een dal gaat 15% omlaag. Beneden glanst het heldere water van de Ceze terwijl de lucht trilt van de hitte.
Binnen een uur staat de caravan waterpas en staat ook de voortent.
Het koele, glasheldere water van de beek, waar het grind onder water als edelstenen in de zonnestralen pronken, is uitnodigend en al snel plonzen we er in. Even later horen we aan de oever een klaaglijk geluid en als we er op af lopen zien we hoe een kikker door een slang wordt gewurgd. Het is de natuur en we kunnen er niets aan doen, want dit is leven en overleven, eten en gegeten worden. Zo nu en dan horen we iets verder op een plons. De weerbarstige geërodeerde rotsen breken soms af en plonzen dan in het water. Als een vrij grote rots van 40 centimeter omlaag komt, kijken we omhoog en zien een gems stoïcijns naar beneden kijken. Achter hem is een grote grot waar hij statig in verdwijnt. De temperatuur is inmiddels 38 graden.
De andere morgen flaneren we even in Barjac waar oude mannen in stoffige kledij, jeu de boules spelen. Daarna rijden we over kronkelende wegen, tussen bossen en wijde landschappen, lieflijke dorpjes, verweerde boerderijen. Een oud kasteel en de ruige rotsen geven ons het gevoel in een andere wereld terecht gekomen te zijn.
Bij Pont D'Arc, een natuurlijk uitgesleten rotsachtige boog waaronder de Ceze rustig voortkabbelt, zien we kinderen in kano's en rubberbootjes plezier hebben. Even later kreunt de Picasso zachtjes als de weg stijl omhoog gaat en we zo'n kleine 600 meter hoog, kilometers ver door het landschap kunnen kijken.
We bezoeken enkele dagen later het Middeleeuwse Avignon, waarvan de oude stadsmuur blakert in de zon. Bloemperken en gazons in de stad zijn keurig onderhouden, de terrasjes met kleurrijke parasols nodigen uit voor een sterke kop koffie of sprankelende verfrissing. Wandelend door nauwe steegjes, winkeltjes kijkend, komen we op een brug waar een rivier zacht onderdoor glijdt. De stralen van de zon kaatsen op het rimpeloze water en vissen die loom rondzwemmen nopen ons om er een kwartier naar te kijken.
Daarna rijden we terug en gaan naar het Romeinse aquaduct Pont du Gard waar de temperatuur al snel naar 40 graden gaat. De bouw door de Romeinen is begonnen in 38 na Chr. en voltooid in 52 na Chr. De totale lengte tot Nimes is 50 km. Ongelooflijk hoe ze het in die tijd voor elkaar gekregen hebben. We kijken vol ontzag tegen het 71.5 meter hoge bouwwerk aan. Hijgend klimmen we naar boven en lopen al bukkend tussen de zware stenen door naar de overkant en gluren zo nu en dan naar beneden waar de Garonne vol is van spelende mensen en kleine vaartuigjes.
We bezoeken in die week nog kalksteenrotsen, grotten, lavendelkwekerijen, zonnebloemen velden, dromerige dorpjes en drinken hier en daar een sprankelende witte wijn.
De laatste drie dagen luieren we langs de Ceze, laten ons bruin branden, eten in kleine restaurantjes en genieten van het landschap en het koele zwembad in de avonduren.
Op een maandag hangen we de Hobby weer achter de wagen en rijden de steile weg op. Het is koel die morgen en we verlaten vol indrukken deze prachtige omgeving, de Ardeche. Vlak voor Marseille gaan we links af langs Monaco richting Italë. Laat in de middag stoppen we in San Remo aan de Italiaanse bloemen Riviera en gaan op een camping staan die door Nederlandse eigenaren wordt beheert. Tegen negen uur verkoelt een wolkbreuk de snikhete dag en schieten bliksemflitsen over de ruige bergkammen. We rennen naar de caravan tegenover ons waar kinderwasgoed hangt te drogen en brengen het onder in de tent van de buren die blijkbaar in de kantine nog een drankje aan het drinken zijn. Als ze hard aan komen rennen, gedachtig aan het wasgoed, staan ze verbaasd. We wenken ze en schenken een koel glas bier en witte wijn. We wisselen vakantieverhalen uit.
De dag kan niet meer stuk. We zijn in Italië.
* 3 dagen voordat we vertrekken bezoeken we het bergdorpje Anduze en het bamboebos. ik zal daar nog een artikel over schrijven.