Toen die nog niet bestond was het blokje kaas met een gewoon mes zo snel versneden dat het ook snel op was. De uitvinder van de kaasschaaf is de Noorse meubelmaker Thor Bjørklund.
Hij baalde ervan dat hij geen mooie plakken kon snijden, want dunne plakken zijn lekkerder dan een dikke homp op je brood redeneerde hij. Op een dag keek hij naar een houtschaaf en kreeg een ingeving. Als je met een houtschaaf hout per millimeter kon afschaven, moest dat ook met kaas kunnen. Hij maakte een kleine houtschaaf schoon, zette die op een stuk kaas en de kaasschaaf was geboren. Onhandig wel zo’n ding op een kaashomp, dus ontwierp hij een plat kaasmechanisme met een handvat en net zo lang totdat hij dunne plakjes kaas kon snijden. In februari 1925 vroeg hij patent aan. In 1927 begon hij een kaasschavenfabriek in het Noorse Lille Hammer en het werd al snel een exportproduct en veroverde hij de wereld met zijn unieke kaasschaaf. Ondertussen werden de kaasschaven steeds verfijnder en handiger. De twee kaasschaven op de foto staan in het Zweedse plaatsje Anäset, want dat is nu de grootste kaasschaven fabriek ter wereld. De twee kaasschaven zijn 7 meter hoog en wegen totaal 820 kilogram. Door de productie ter plaatse noemen zij zich het ‘Koninkrijk van de kaas’ en onttronen daarbij de kaaskoppen in Holland.
Foto’s/bron/ Historiek.